Graag uw opmerkingen en andere interessante informatie. Bezoek ons Forum .
Dit artikel is grotendeels overgenomen uit het werk van Georges Kockelberg.
Louis De Smedt begon ca. 1925 aan de Schelde, stroomopwaarts van de kerk van Burcht, met het opkopen van oud ijzer en het afbreken van enkele houten binnenschepen. Zijn zoon Jef breidde de zaak uit. Het eerste gesloopte schip van enige betekenis was de "Omphale". Het werd in 1939 vanuit Frankrijk langs de Schelde aangevoerd.
De sloopwerken werden deels op het water uitgevoerd, deels in het slijk en op de wal. Dat was op het dijkje tussen de vijfde Walle en de "put van De Smedt" (*).
Tijdens de tweede wereldoorlog werd de werf vergroot en men specialiseerde zich in het bergen en afbreken van scheepswrakken uit de Schelde. Kort na de bevrijding werden de Sint-Annekesboot, de Burchtse veerboot "Waesland", twee Duitse oorlogsschepen die door de Duitsers met mijnen en torpedo's waren verzonken om de haven van Antwerpen te blokkeren en de "Ville de Bruges" die gebouwd was in 1921 (twee schroeven en 156 m lengte) ontmanteld. Dit laatste schip had Antwerpen verlaten op 14 mei 1940 met 117 bemanningsleden en passagiers, bestemming Southampton. Het schip werd door een Duits vliegtuig gemitrailleerd en gebombardeerd. De kapitein slaagde er nog in het schip aan de grond te zetten en te evacueren.
In februari 1947 werd de "Merganser" in de nauwe bocht van Doel aangevaren door de "Norfolk Victory". De scheepsflank werd over 20 m opengereten en het schip zonk onmiddellijk. Jef De Smedt won de aanbesteding voor het lichten van het schip. Maar in plaats van het af te breken overlegde hij met de duikers (waaronder Pierre Van Tongerloo, alias De Schoen) om het schip in zijn geheel te lichten. Gaten werden gedicht in het troebele Scheldewater op 5 m diepte. Op de tast werd een summiere bekisting aangebracht. Kokers werden aangebracht tot boven de waterlijn. Met vlottende motorpompen werd het water weggepompt. Pas bij de achtste poging begon het schip te drijven. Onder aanhoudend pompen werd het schip bij hoog water op een zandbank gezet en voldoende hersteld om naar de dokken gesleept te worden. Daar werd het terug zeewaardig gemaakt.
Op 12 september 1944 liep de "President Poppe" op een mijn voor de rede van Antwerpen. 9 personen werden gedood onder wie de heer Guillaume De Groote uit de Kapelstraat te Burcht.
Op 13 december liep de stoomsleepboot "Orion" op een mijn, schuin tegenover de werf van De Smedt. De sleepboot werd gelicht en tot schroot verwerkt. Het verhaal gaat dat flarden kledij en lichaamsdelen, samengeklonterd met het bevroren vuilnis uit het ruim, in de "put van De Smedt" terecht kwamen.Aan de werf bouwde men later een betonnen kaaimuur, die ondertussen alweer verdwenen is. De werf werd na de afbraak van de Guanofabriek uitgebreid tot tegen de zaat van De Wilde.
Na de dood van Jef De Smedt werd de werf door Boel overgenomen. Ze verdween in de jaren 1975. Een tiental jaren later werd het terrein gesaneerd. De Scheldeoever werd in 1994 rechtgetrokken. Nu ligt daar een landweg.
De industrie in Burcht, waaronder de sloperij De Smedt, is gedurende meer dan een eeuw van enorm belang geweest voor de gemeente en grote delen van het Waasland. Daarover willen we veel meer te weten komen. Daarom vragen we graag ook uw bijdrage.
(*) Zie ook Foto van de Maand: Januari 2016 (De Wallen).
Bron: KOCKELBERG, G.K., Op en langs ... de Schelde, p. 42-43.
Foto's: Herman Vaessen.
Tekst: Chris Vander Straeten naar Georges Kockelberg.