Graag uw opmerkingen en andere interessante informatie. Bezoek ons Forum .
U ziet ze nog wel eens lopen: (vooral) mannen met een langwerpige ‘tenen’ mand, af en toe met een blauwe of een rode streep er in geweven en een handvat bovenop. In die mand, de keef, dragen de duivenmelkers hun duiven. Misschien hebt u nog naast een duivenmelker gewoond: dan kent u zeker het geluid van het rammelen met het eetbakje waar voer in lag om de duiven te lokken, het koeren van de duiven in hun hokken, de buurman die in de tuin stond en de hemel aftuurde naar de duif ‘die moest binnenkomen’.
Vroeger was de duivensport een populaire sport: een sport voor Jan-en-alleman, de dokwerker, zowel als de vroegere notaris Dirix (grootvader van notaris Glorie). Notaris Dirix was een fervent speler die verschillende mooie prijzen won zoals een serie gekleurde kristallen glazen die nog steeds in de familie bewaard worden.
De lossingen van de duiven voor een wedstrijd werden vanaf Pasen 1929 op Radio 1 aangekondigd. De namen van de duivenbonden, de plaats en de tijd van lossing en de weersomstandigheden werden vermeld. Af en toe werden en dan weer wedstrijden afgelast vanwege te slechte weersomstandigheden. Johan Roggen was dé stem van deze ‘Berichten voor de duivenliefhebber'. Hij las deze voor vanaf 1977 en zou dat 20 jaar volhouden. Deze presentatie die slecht één minuut duurde, was van groot belang voor de duivenmelkers en zou één van de langstlopende programma’s op de nationale zender worden. Het inleidende muziekstukje zou nu nog één van de meest gevraagde radiostukjes zijn.
De eerste duivenmaatschappij in Zwijndrecht werd al opgericht in 1870 en werd ‘De Luchtreizigers’ genoemd. In 1904 kwamen ‘de Vooruitvlieger’ erbij. De duivenmelkers van deze maatschappij kwamen bijeen in café ‘Schippershuis’ aan de Verbrandendijk 92, bij Volckerick. Hoe lang de duivenmaatschappij bestond is niet duidelijk want er zijn geen verdere sporen van hen teruggevonden. Waar ‘de Luchtreizigers’ bijeen kwamen, is tot nu toe niet geweten. Nog later zou er een maatschappij ‘De Blauwe Geschelpte’ bestaan. ‘De Blauwe Geschelpte’ en ‘De Luchtreizigers’ waren in 1925 voor de wedstrijden samengegaan in de ‘Vereeniging Zwijndrecht’. De voorzitters in 1934 waren Achilles Poppe voor ‘De Luchtreizigers’ en Hendrik Janssens voor ‘De Blauwe Geschelpte’. Een andere mogelijke voorzitter of penningmeester van ‘De Luchtreizigers’ was Gustaaf Parys die aan de Burchtsestraat 123 woonde; maar in welk jaar was dat? Zijn naam en adres werden vermeld op de achterzijde van een voorontwerp voor een vlag die deze duivenmaatschappij besteld had bij het borduuratelier Oyen in Borgerhout. Dit voorontwerp wordt bewaard in het Felixarchief te Antwerpen. Is de vlag er ooit gekomen? Is ze nog bewaard gebleven en zo ja, weet u waar ze te vinden is? Hadden de andere maatschappijen ook een vlag?
In de jaren ’60 speelden de Zwijndrechtse duivenmaatschappijen in het Scheldeverbond, samen met maatschappijen uit Melsele, Kruibeke, Burcht, Rupelmonde, Bazel, Sterhoek en Es voor de vluchten op Frankrijk, maar niet op Quiévrain. De duiven konden ingetekend worden bij de weduwe Cornelis in café ’t Lam’, bij Engels in café ‘De Middenstand’ of nog bij Guillaume van Hove. Later week men uit naar het vroegere café ‘de Gouden Karper’ dat aan Dorp Oost lag. Nu komen de duivenliefhebbers samen in café ’t Centrum aan de Statiestraat.
Een gekende man in het Zwijndrechtse duivenmilieu was Kamiel Maes. Hij was ‘keizer’; wat wil zeggen dat hij meer dan drie maal een groot duivenkampioenschap gewonnen had. Samen met een zekere Bernaers verzorgde hij z’n duiven in modelhokken, gaf hen z’n eigen mengsel van voeder en bleef maar prijzen winnen. Zijn hokken staan nu nog te kijk in het Zwijndrechtse straatbeeld. Andere gekende duivenmelkers uit Zwijndrecht waren Domien Franssens, Frans Ivens, Omer De Paepe en een zekere meneer Dom. Dit viertal werd in 1934 gehuldigd voor hun jarenlange inzet voor hun sport in onze gemeente. Domien Franssens was toen zelfs al 35 jaar bezig in de duivensport.
In Zwijndrecht werden er cafés vernoemd naar deze sport. Er was ‘De Blauwe Geschelpte’: in 1917 was dat bij weduwe D’Haese (Dorp Oost 42). Café ‘De Reisduif’ kon men vinden aan de Burchtsestraat waar Cesarina Somers ‘den tap’ hield . Nog een andere café ‘De Reisduif’ kon men in 1917 aan de Heidestraat 116 vinden, bij Frans Dobbeleir.
Helaas zijn er niet veel jongeren meer die aan deze sport willen beginnen en veel cafés zijn er ook niet meer in Zwijndrecht. Dit jaar is het uitvliegen van de duiven al voor de tweede maal uitgesteld; deze keer tot begin april. De vrees bestaat dat de duivensport stilletjes bijna uitgevlogen is. Daarom willen wij zo veel mogelijk herinneringen aan deze sport bijhouden. Zeggen de woorden inkeven, constateur, halve fond of Quiévrain u iets? Hebt u documentatie, memorabilia, verhalen die met dit onderwerp in Zwijndrecht, maar zeker ook Burcht verband houden? Dan horen we graag van u zodat we deze volksport niet uit het gemeenschappelijke geheugen verliezen.
We zijn ook geïnteresseerd in andere sporten, zoals mezenvangen, wipschieten, pierbollen, darten, en zo meer, hun beoefenaars, de verenigingen en de café's waar ze samenkwamen. Laat het ons gerust eens weten via
Tekst: Mireille Schaekers
Foto’s en illustraties: Vincent Deleu, archieven Heemkundige Kring Zwijndrecht Burcht, museum HK Nieuwkerken.
Bronnen:
‘Geschiedenis van Zwijndrecht en Burcht’ (deel 3), Gerda Raeymaekers.
Digitaal archief Gazet van Antwerpen.
Felixarchief Antwerpen.
Duivenvereniging Zwijndrecht.
Meneer en mevrouw Patrick Glorie.