Logo
HEEMKUNDIGE KRING ZWIJNDRECHT BURCHT

 2017 07 KerkBurcht1910De Sint-Martinuskerk te Burcht rond 1910.

Graag uw opmerkingen en andere interessante informatie. Bezoek ons Forum .

Dit artikel is schatplichtig aan het opzoekingswerk van D. Verelst (Geschiedenis van Zwijndrecht en Burcht - Deel 2). Dit artikel is een zeer beknopte samenvatting van de geschiedenis van het kerkgebouw tot 1940.
Latere artikels zullen andere aspecten van de kerk belichten.

2017 07 VaandelMartinus DSC4671Vaandel met de traditionele afbeelding van de H. Martinus.2017 07 KerkBurcht1468Afbeelding van de Burchtse kerk op de Scheldekaart van 1468.De Burchtse kerk werd een eerste maal vermeld in 1252. Het is onmogelijk zich een voorstelling te maken van deze vroege kerk. Reeds toen was de kerk toegewijd aan de H. Martinus, de romeinse militair die de helft van zijn mantel aan een arme gaf, en later bisschop van Tours werd.
In de vijftiende eeuw werd de kerk aangepast aan de groeiende bevolking en het druk economisch leven in de Bourgondische tijd. Eind zestiende eeuw, in de aanloop van de verovering van Antwerpen door de Spaanse troepen, werd Burcht meermaals geplunderd en de kerk afgebrand. Wegens gebrek aan middelen werden alleen instandhoudingswerken uitgevoerd. De bevolking van Burcht bedroeg toen nog amper 40 gezinnen. Er werd een taks op wijn en bier geheven. Daardoor en door de verbeterde economische ontwikkeling kon de kerk hersteld worden. Het interieur werd grondig aangepakt, een bescheiden kerkelijke kunstschat werd opgebouwd. Gedurende de zeventiende eeuw werd verder geïnvesteerd in de kerk. Dat was de tijd van de contra-reformatie na het concilie van Trente, met een dominante katholieke kerk.
In 1745 werd de kerk vergroot door het bouwen van een nieuwe voorgevel en het uitbreiden met nieuwe zijbeuken. In 1770 werd een nieuw hoogaltaar geplaatst.

De kerk kreeg meermaals dieven op bezoek. In 1758 werden vier dieven gevat. Twee ervan werden in Brussel veroordeeld, geradbraakt en onthoofd.
Tijdens de Franse periode werd de kerk gesloten (1797 tot 1802) en werden geen werken uitgevoerd. Later was er een nijpend gebrek aan fondsen. Enkele noodzakelijke werken werden betaald door de Burchtse burgerij en de pastoor.

Met de komst van pastoor Rosseels veranderde veel. Hij bekwam in 1879 de bisschoppelijke toestemming om de kerk af te breken en terug op te bouwen. De hoofdredenen waren dat de Burchtse bevolking was gestegen van 678 inwoners in 1800 tot 2278 in 1879, terwijl de kerk slechts 750 mensen kon bevatten (dit waren andere tijden) en de industriële ontwikkeling van de gemeente (bv. de guanofabriek).
Wegens de ondraaglijke kosten van zulke tabula rasa aanpak werd gekozen voor het verlengen van de middenbeuk met 12 meter, een meerplaats voor 480 personen, plus een nieuwe sacristie. De politieke toestand (de Schoolstrijd) blokkeerde het dossier.

2017 07 KerkBurchtGrondplanGrondplan van de nieuwe kerk, getekend door architect Nève in 1885. In stippellijn het grondplan van de oude kerk. In het definitieve plan werd het koor opengemaakt.

In 1885 werden de plannen grondig aangepast: de kerk zou volledig afgebroken worden op het gotische koor na. De oude kerk met romaanse elementen diende vervangen te worden door de bouwstijl van het moment, de neo-gotiek. Geraamde kostprijs: 130.000 fr. Mits enkele aanpassingen werden de nodige vergunningen verleend. Wegens financiële problemen splitste men het dossier in meerdere fases, ook omdat de offertes van de aannemers ver boven de ramingen uitkwamen.
Afbraak en wederopbouw voor de eerste fase werd in 1 jaar gerealiseerd (1889/1890), kost 87500 fr. Een nieuw torenuurwerk werd geplaatst voor 2475 fr.

2017 07 KerkBurcht1890Plan van de eerste bouwfase. Bemerk het lage tussendak dat de hoogte weergeeft van het schip van de oude kerk. Zoals op dit plan duidelijk zichtbaar is, voorzag architect Nève aanvankelijk een smallere toren.

De tweede fase hield in: het herinrichten van het koor, vernieuwen van de vensters, vervangen van het gewelf, herstellen van de vloer, voltooien van de grote klokkentoren. Wegens financiële perikelen, problemen met bouwtoelatingen, het aantreden van de nieuwe pastoor De Clercq (met nieuwe ideeën), het overlijden van architect Nève, kwam er veel vertraging. Uiteindelijk werden de werken toegewezen voor 81.630,53 fr. Er moesten voor 14.000 fr. meerwerken uitgevoerd worden. Zoals gewoonlijk moest er zwaar om subsidies gevochten worden en moest de kerkfabriek diep in de reserves putten.
Bij de vernieuwde kerk hoorde een vernieuwd interieur: een nieuwe klok, meerdere beelden, een kruisweg (zie ons Jaarboek 2015, artikel p. 7), nieuwe glasramen, een communiebank, drie nieuwe altaren, het koorgestoelte, twee biechtstoelen. De kerk werd herschilderd.

In 1937 was men toe aan dringende herstellingen: alle schalies van het dak, slecht houtwerk, zinken goten moesten vervangen worden. Ook de binnenkant moest herschilderd worden. Na subsidies en eigen bijdrage zat de kerkfabriek met een tekort van 24.500 fr. Daarop werd de bevolking massaal gemobiliseerd. Er was een Vlaamse Kermis gedurende 8 dagen met 30 attracties. Het was een enorm succes: de netto opbrengst bedroeg 74.356,28 fr.! Het werk werd uitgevoerd.
Verdere werkzaamheden gingen echter niet door wegens de oorlogsdreiging.

Latere artikelen zullen verder ingaan op het kerkelijk erfgoed, maar evengoed op de aanwezigheid van andere gezindten binnen onze gemeente.

Bron: VERELST, D., Geschiedenis van Zwijndrecht en Burcht - Deel 2, p. 187-250.
Tekst: Chris Vander Straeten